Hunnen, centraal-aziatisch ruitervolk, dat in de 4e en
5e eeuw nC grote delen van Europa terroriseerde.
In hun geschiedenis voor die tijd bestaat nog weinig
inzicht; men vermoedt dat groepen H. zich reeds
in de 2e eeuw nC in Zuid-Rusland bevonden. Ca.
375 vernietigden zij in de Oekraïne het rijk der
Oostgoten. In 376 dreven zij de Westgoten
(Goten)
over de Donau het romeinse rijk binnen. In
het begin van de 5e eeuw drongen zij tot in Midden-Europa
door, hetgeen een grote verplaatsing van
volkeren ten gevolge had; toen de Alanen,
Vandalen en
Sueben in december 406 en masse de
Rijn overstaken en Gallië overstroomden, waren ze
vermoedelijk op de vlucht voor de H.
Lit. M. Kiessling (PRE 8, 2583-2615). - E. A. Thompson,
A History of Attila and the Huns (Oxford 1948). F. Altheim
e.a., Geschichte der H. 1-5 (Berlin 1959-1962).
O. Maenchen-Helfen, Die Welt der H. Eine Analyse
ihrer historischen Dimension (Wien/Köln/Graz 1979).
[Nuchelmans]