Naissus (Ναισσός), stad in de romeinse provincie Moesia superior, thans Nis in Joegoslavië. Bij de oorspronkelijk thracische nederzetting, gelegen in een vruchtbare streek op een knooppunt van wegen aan de Nisava niet ver van de plaats waar deze zich met de Margus (Morava) verenigt, ontstond, vermoedelijk nog in de 1e eeuw vC, een vast romeins legerkamp. De burgernederzetting bij dit kamp werd onder Marcus Aurelius (161-180) municipium, dat sinds de rijksreorganisatie van Diocletianus (286-305) tot de nieuw opgerichte provincie Dardania behoorde.
Bij N. versloeg keizer
Claudius II Gothicus in
269 de Goten, ca. 280 werd
Constantijn de Grote er
geboren, die de stad veel fraaie gebouwen schonk.
In 441 werd zij verwoest door de Hunnen, in 596
zwaar gehavend door een plundering van de Awaren.
Lit. M. Fluss (PRE 16, 1589-1599). [Nuchelmans]