Pentheus (Πενθεύς), legendarische koning van de
boeotische stad Thebe,
zoon van Echion en
Cadmus' dochter
Agaue. P. volgde zijn schoonvader
op. Toen Dionysus,
zoon van Zeus en
Cadmus' dochter Semele,
uit het Oosten naar Thebe terugkeerde,
weigerde P. hem als god te erkennen en
verzette hij zich tegen de invoering van zijn extatische
eredienst, waartoe vooral vrouwen zich aangetrokken
voelden. Zijn verzet baatte echter niet.
Bovendien wist een geheimzinnige vreemdeling waarschijnlijk Dionysus zelf - P. ertoe over te halen de feestende vrouwen in het gebergte vermomd te gaan bespieden. Hierbij werd hij echter ontdekt en levend in stukken gescheurd, waarbij zijn eigen moeder Agaue de hoofdrol vervulde.
Vanaf de 6e eeuw vC is deze scène herhaaldelijk afgebeeld op attische en zuiditalische ceramiek, bv. op een attische schaal uit de 5e eeuw in het museum van de Villa Giulia te Rome; bekend is ook de muurschildering in de Casa dei Vettii in Pompeji.
Lit. Euripides, Bacchae. Ovidius, Metamorfosen 3, 511-733.
A. Rapp (Roscher 3, 1925-1943). W. Göber (PRE 19, 542-549).
[Nuchelmans]