Cadmus


Cadmus doodt de slang
ca. 350 vC, Louvre
Cadmus (Κάδμος), legendarische zoon van de phoenicische koning Agenor, kreeg na de schaking van zijn zuster Europa door Zeus van zijn vader de opdracht, haar te zoeken. Met zijn broers Phoenix en Cilix en zijn moeder Telephassa ging hij op weg, maar spoedig scheidden zich hun wegen. Phoenix keerde terug naar zijn vaderland, dat naar hem Phoenicië genoemd werd, Cilix bleef in Klein-Azië achter en werd de eponieme held van Cilicië. C. en Telephassa bereikten Griekenland, waar Telephassa stierf. In Delphi kreeg C. van Apollo de opdracht het zoeken te staken en een stad te stichten op de plaats waar een witte koe zich zou neervlijen. Buiten de tempel trof hij inderdaad een koe aan, die hem naar Boeotië leidde. Daar stichtte C. eerst de burcht Cadmea van de stad Thebe. De koe wilde hij vervolgens aan Athene offeren en hij gaf zijn metgezellen de opdracht water te gaan halen. Daar dezen niet terugkeerden, ging hij zelf kijken. Bij de bron vond hij toen een reusachtige draak, die zijn makkers gedood had. Hij versloeg het dier en op aanwijzing van Athene zaaide hij de draketanden. Daaruit ontsproten terstond reuzen, maar door een steen in hun midden te werpen ontketende C. een gevecht tussen de reuzen onderling. Tenslotte bleven er vijf over: Echion, Udaeus, Chthonius, Hyperenor en Pelorus. Dezen boden C. hun diensten aan en sleepten de stenen voor de burcht Cadmea aan. Zij golden later als de voorvaderen van de voornaamste adellijke families van Thebe, de z.g. Σπαρτοί, de Gezaaiden.

Om de dood van de draak te zoenen moest C. zeven jaar in dienst bij Ares. Daarna kreeg hij Harmonia, de dochter van Ares en Aphrodite, tot vrouw. Van de prachtige bruiloftsgeschenken die het echtpaar van de goden ontving, speelden vooral het door de Chariten geweven kleed en de door Hephaestus gesmede halsketen in de latere geschiedenis van Thebe nog een fatale rol. Op hoge leeftijd trokken C. en Harmonia, die één zoon, Polydorus, en vier dochters (Agaue, Autonoë, Ino en Semele) kregen, naar Illyrië, waar C. koning werd. Op het eind van hun leven veranderden beiden in grote slangen.

C. zou ook het phoenicische alfabet naar Griekenland hebben gebracht.

De strijd van C. met de draak en zijn bluiloft met Harmonia waren geliefde thema's voor vaatwerkschilders.

Lit. Ovidius, Metamorfosen 3, 1-142 ; 4, 563-603. O. Crusius (Roscher 2, 824vv). K. Latte (PRE 10, 1460-1472). F. Vian, Les origines de Thèbes. Cadmos et les Spartes (Paris 1963). [Suys-Reitsma]



mythen