Thurii (Θούριοι), griekse stad in Zuid-Italië,
gelegen aan de westzijde van de Golf van Tarente. Op
initiatief van Athene werd in 444 vC onder leiding
van de stichters Lampon en Xenocritus de panhelleense
kolonie. T. gesticht op de plaats waar het in
510 verwoeste Sybaris had gelegen. Al dadelijk
rezen er conflicten met de vroegere bewoners van
Sybaris en met Tarente,
dat in 432 als voorpost de
kolonie Heraclea stichtte. Een nieuw gevaar
ontstond ca. 420 vC door de invallen van de
Lucaniërs
en de Bruttiërs, die de stad steeds opnieuw
bedreigden. In de oorlogen van
Pyrrhus
en Hannibal
(3e eeuw vC) koos T. de zijde van de tegenstanders
van Rome en werd het zwaar geteisterd. In 193 vC
werd er de romeinse kolonie Copia gesticht.
De stad lag in een vruchtbare vlakte en was
genoemd naar de bron Thuria. De plattegrond was
door Hippodamus van Milete volgens een
regelmatig schaakbordpatroon ingedeeld. In de lengte
werd de stad door vier brede straten doorsneden,
die genoemd waren naar Heracles, Aphrodite, Zeus
en Dionysus, terwijl er in de breedte siechts drie
liepen, de Heroa, de Thuria en de Thurina. Bij
recente opgravingen zijn sporen van een brede straat
blootgelegd. Kleinere straten omgaven vermoedelijk
de huizenblokken. De bevolking was in tien phylen
ingedeeld. De wetgeving van de stad was, naar
het model van die van Charondas, vervaardigd
door Protagoras. Op de Peutinger kaart (foto rechts: rechtsonder) wordt T. Turis.
Lit. Diodorus Siculus 12, 10v (uitvoerige beschrijving.van T.). H. Philipp (PRE 6A, 646-652). P. Zancani Montuoro (EAA 7, 842-844). - V. Ehrenberg, The Foundation of T. (American Journal of Philology 69. 1948, 149-170). E. Greco, Magna Grecia (Rome/Bari 1980) 114-131. Zie voorts s.v. Sybaris. [J. A. de Waele]