Tubanten (latijn Tubantes), kleine germaanse stam,
die bijna altijd samen met de Usipeten en
Tencteri genoemd wordt; misschien
waren ze oorspronkelijk een deel van de Usipeten. In 14 nC poogden
de T. samen met de Usipeten en de Bructeri de
terugtocht van de romeinse veldheer
Germanicus,
die in het land van de Marsi het heiligdom van
de godheid Tamfana verwoest had, te beletten. Zij
woonden toen ten westen van de bovenloop van de
Ems, gedeeltelijk misschien ook in Twente en de
Achterhoek. Uit dit gebied trokken de T. ca. 60 nC
weg om zich in zuidelijker streken te vestigen,
waarschijnlijk tussen de Sieg en de Lahn. In 69 nC
belegerden zij samen met de Mattiaci en de Chatti
vergeefs Mogontiacum (Mainz). In de 2e en 3e eeuw
stonden de T. min of meer onder romeins gezag; na
260 nC in elk geval niet meer. In de 5e eeuw ging
de stam op in de Franken. Dat er een
etymologisch verband bestaat tussen Twente en T. is verre
van zeker.
Lit. K. Scherling (PRE 7A, 752-754). - L. Schmidt. Geschichte der deutschen Stamme 2 (Berlin 1918) 405-416. [Nuchelmans]