Ariminum, belangrijke stad in Italië aan de Adriatische Zee, ca. 250 km ten noorden van Rome; thans Rimini. Ontstaan als een umbrische nederzetting, werd Ariminum na bezetting door de Romeinen in 268 vC een latijnse kolonie en in 220 vC eindpunt van de Via Flaminia, die in 187 vC als Via Aemilia naar Placentia, in 132 vC als Via Popilia naar Patavium doorgetrokken werd. Behalve als knooppunt van wegen was de stad vanaf deze tijd ook belangrijk als haven voor het verkeer met Illyrië. In de tweede punische oorlog bleef A. trouw aan Rome; in 89 vC ontvingen zijn bewoners het romeinse burgerrecht. Keizer Augustus verdeelde de stad, naar het voorbeeld van Rome, in zeven wijken (27 vC).
Te zijner eer richtte de senaat op het
punt waar de Flaminia de stad bereikte een - nog
bestaande - triomfboog op. De daaraan grenzende
Piazzale Giulio Cesare ligt op de plaats van het antieke
forum. Aan het andere eind van de hoofdstraat
bevindt zich nog een fraaie romeinse brug
over de Ariminus (thans Marecchia), gebouwd ten
tijde van Augustus
en Tiberius.
Sinds de 3e eeuw was A. bisschopszetel; in 359 werd
er door keizer
Constantius
een synode tegen het arianisme gehouden.
Lit. C. Hülsen (PRE 2, 828-830). - G. A. Mansuelli, Ariminum (Rome 1941). [Nuchelmans]