Themis

beeldThemis (Θέμις), griekse godin van recht en wettelijkheid. Geboren uit Uranus en Gaia, was zij bij Zeus moeder der drie Moiren en der drie Horen (Eunomia, Dike en Eirene). Zonder ooit Hera te verdringen, waarborgde zij als Zeus' vertrouwelinge diens rechtmatige heerschappij. In Thessalië ontstaan, breidde haar cultus zich uit naar Boeotië, Argolis en Attica, niet naar de griekse eilanden en Klein-Azië. Van haar moeder Gaia erfde zij het orakel van Delphi om het door te geven aan haar zuster/ dochter Phoebe, de grootmoeder van Apollo, waardoor deze rechtens Delphi in bezit kon nemen. Al groeide T. in het volksgeloof nooit uit tot een belangrijke godin, toch kreeg zij reeds in de 6e eeuw als behoedster van het recht, samen met Nemesis de strafgodin van het recht, een tempel te Rhamnus (Attica). Hiernaast een beeld van haar uit Rhamnus. In Athene was haar een tempel gewijd op de zuidflank van de Acropolis in de buurt van het Asclepieum; daar zou haar cultus uit Epidaurus, Asclepius' heilig oord bij uitstek, afkomstig zijn. T. werd voorgesteld als een jonge vrouw wier voorname waardigheid haar schoonheid evenaarde, het vroegst op roodfigurig vaatwerk uit de late 5e eeuw, en het meest bekend door het standbeeld uit Rhamnus van ca. 300 vC.

Zowel met Zeus als met Gaia nauw verbonden, vertegenwoordigde T. de oeroude ongeschreven ordening van de goddelijke sfeer (Themis in strikte zin) en van de menselijke politieke en familiale gemeenschap (meer zoals Dike), alsmede van beider onderlinge verhouding. Verpersoonlijkt tot godin, handhaafde en sanctioneerde (dit meer zoals Nemesis) zij het heilig karakter der rechtsorde. In de rechtsfilosofische bewustwording evolueerde T. van een ideale gerechtigheid gebaseerd op godsdienstzin en politieke wijsheid (7e-5e eeuw) naar het besef van wettelijkheid als zedelijke dwang (5e eeuw) om uit te monden in de juridische afbakening van ieders rechten en plichten (4e eeuw).

Lit. L. Weniger (Roscher 5, 570-606). K. Latte (PRE 5A, 16261630). F. Brommer (EAA 7, 811). - R. Hirzel, T., Dike und Verwandtes (Leipzig 1907). J.E. Harrison, T. A Study of the Social Origins of Greek Religion (Cambridge 1912, ²1927 = 1962) 480-535. V. Ehrenberg, Die Rechtsidee im frühen Griechentum (Leipzig 1921). H. Vos, T. (Assen 1956). N. Bosco, T. e Dike (Filosofia 18, 1967, 131-179, 309-346, 469-510). A. Lesky, Der Kampf und die Rechtsidee im griechischen Denken (Epistemonike Epeteris Panestemiou Athenon 18, 1967-1968, 30-48). [Sanders]




mythen