Helena


theseus en helena
Theseus schaakt Helena (amfoor van Euthymides)
Helena (Ἑλένη), in de griekse sage gewoonlijk dochter van Zeus en van Tyndareus' echtgenote Leda, en zuster van de Dioscuren en van Clytaemnestra. Over de ontvangenis en geboorte van H. waren verschillende verhalen in omloop: volgens sommige verenigde Zeus zich in de gestalte van een zwaan met Leda, die op de Taygetus een ei uitbroedde, waaruit Polydeuces en H. te voorschijn kwamen. H. gold als een vrouw van uitzonderlijke schoonheid: reeds als klein meisje door Theseus geschaakt, werd ze door de Dioscuren bevrijd. Later koos zij uit vele gegadigden Menelaüs als echtgenoot; hem schonk ze een dochter Hermione. Helena's schaking door de trojaanse prins Paris was de aanleiding tot de trojaanse oorlog.

Na de val van Troje - intussen was H. volgens sommige bronnen na Paris' dood gehuwd met diens broer Deiphobus - keerde Menelaüs na jarenlange omzwervingen met haar in Sparta terug. In Homerus' Ilias geeft H. tijdens haar verblijf in Troje zich voortdurend rekenschap van haar zonderlinge positie: haar sympathie gaat uit naar de Grieken, maar soms kiest ze ook partij voor de Trojanen.

De dichter Stesichorus, die eerst H. als een trouweloos wezen had beschreven en daarvoor door haar met blindheid geslagen zou zijn, herriep in een Palinodie de overgeleverde versie van de sage en bedacht een andere, die we met enkele kleine varianten terugvinden bij Herodotus (2, 112-120) en in Euripides' Helena: Paris en H. werden op hun reis naar Troje uit de koers geslagen en kwamen in Egypte terecht; daar werd H. door koning Proteus vastgehouden, terwiji Paris onwetend een schijnbeeld van haar mee naar Troje nam; de echte H. zou Menelaüs pas zeven jaar na de val van Troje in Egypte teruggevonden hebben.

Kunstige lofredevoeringen op H. bezitten we van Gorgias en Isocrates. H. was in oorsprong vermoedelijk een voorgriekse vegetatiegodin; het verhaal van haar schaking zou dan verwant zijn met dat van de schaking van Persephone (Demeter).

Uiteraard konden vele gebeurtenissen uit het leven van H. de beeldende kunstenaars inspireren. Ontelbaar zijn de vazenschilderingen die Helena's schaking door Paris uitbeelden (beroemd o.a. een roodfigurige skyphos van Hiëro en Macro in het Museum of Fine Arts te Boston (nr. 13186) en een roodfigurige schaal te Berlijn, beide uit het begin van de 5e eeuw vC) en het moment dat Menelaüs zijn echtgenote terugvindt (o.a. op de andere zijde van de juist genoemde skyphos te Boston en op een fresco in de Casa del Menandro in Pompeji).

Lit. Ilias en Odyssee, passim. Euripides, Helena. - R. Engelmann (Roscher 1, 1928-1978). E. Bethe (PRE 7, 2824-2835). A. Comotti (EAA 3, 293-297). - M. Becker, H. Ihr Wesen und ihre Wandlungen im klassischen Altertum (Leipzig 1939). D. Brunnhofer, H. (Diss. Zürich 1941). K. Kerényi, Die Geburt der H. (ib. 1945). P. Wiesmann, Die schöne H. Darstellung eines Menschen bei Homer (Chur 1950). L. Ghali-Kahil, Les enlèvements et le retour d'Hélèné dans les textes et les documents figurés 1-2 (Paris 1956). [Nuchelmans]


mythen