Spoedig echter keerde hij naar Spanje terug, waar de Lusitaniërs hem uitgenodigd hadden om hun vrijheidsstrijd tegen Sulla's bewind, dat ook Sertorius niet erkende, te leiden. Vele Romeinen schaarden zich daarbij aan zijn zijde. Door eigen inspanningen en met de hulp van zijn generaal Hirtuleius en van door Perperna overgebrachte versterkingen beheerste hij in 77 het grootste deel van Spanje. Zichzelf en de zijnen als wettige tegenregering beschouwend, riep hij hier een senaat van 300 leden in het leven en vestigde hij te Osca (Huesca) een school voor zonen van spaanse stamhoofden.
Nog in 77 siaagde Sertorius erin Metellus Pius te
beletten zich met Pompeius te verenigen, die
versterkingen aanvoerde voor de strijd tegen Sertorius Na
wisselende krijgsverrichtingen gelukte het echter
zijn tegenstanders zich in 75 te verenigen, waarna
de krijgskans keerde. Onderhandelingen van Sertorius over
een alliantie met Mithridates VI liepen op niets
uit. Intussen verliep zijn beweging steeds meer en
daalde zijn populariteit, vooral toen hij Iberiërs en
Romeinen die zich van hem afwendden wreed bestrafte.
Het was Perperna die tenslotte een samenzwering
op touw zette, waaraan Sertorius ten offer viel
(72). Na zijn dood keerde de rust in Spanje terug.
Sertorius was een bekwaam veldheer, die wars was van de
politiek van Sulla, maar er ondanks zijn moed en
integriteit nooit in slaagde de door hem opgezette
tegenbeweging te beheersen en Rome vanuit zijn
provincie in zijn macht te krijgen.
Lit. Plutarchus' leven van Sertorius - A. Schulten (PRE 2A, 1746-1753).
- Id., Sertorius (Leipzig 1926). H. Berve, Sertorius (Hermes 64, 1929.
199-227). P. Treves, Sertorio (Athenaeum N.S. 10, 1932, 127-147).
D. Gillis, Quintus Sertorius (Rendiconti dell'Istituto Lombardo
103, 1969, 711-727). B. Scardigli, Sertorio. Problemi nonologici
(Athenaeum 49, 1971, 229-270). [A. J. Janssen]