Seianus, berucht gardeprefect onder keizer Tiberius. Lucius Aelius Seianus was van etruskische afstamming en werd tussen 20 en 16 vC te Volsinii geboren. De familie van zijn moeder telde figuren van senatoriale rang, zijn vader Lucius Seius Strabo behoorde tot de ridderstand. Toen deze kort na Tiberius' troonsbestijging tot prefect van Egypte werd benoemd, bleef Seianus, die tot dan het ambt met zijn vader had gedeeld, als enige praefectus praetorio over. Door alle cohortes praetoriae in Rome op de Viminalis te legeren, versterkte hij hun greep op de gebeurtenissen in de stad en daarmee zijn eigen machtspositie. Terwijl ook zijn invloed op de keizer steeds toenam, wist hij na de gifdood (23 nC) van diens zoon Drusus bovendien die op de senaat te vergroten.
Nadat hij zijn vrouw Apicata had verstoten, weigerde Tiberius echter zijn verhouding met Drusus' echtgenote Livilla, die hij tot moord op haar man zou hebben aangezet, in een huwelijk om te zetten (25). Door verraadprocessen keerde de eerzuchtige en niets ontziende Seianus zich tegen zijn vijanden, waarbij vooral de familie van Germanicus en de kring van Agrippina maior het moesten ontgelden.
In 27 trok Tiberius zich op Capri terug. Seianus, die hem
hiertoe had aangemoedigd, kreeg nu als 's keizers
vertegenwoordiger in de stad de vrije hand. In 29
liet hij Agrippina en haar oudste zoon Nero naar
Pandataria deporteren; haar tweede zoon Drusus
kreeg in 30 huisarrest in het paleis. Beiden vonden
een voortijdig einde. Vanaf 31 is Seianus' streven
naar het keizerschap onmiskenbaar. Samen met
Tiberius bekleedde hij het consulaat; bovendien ontving
hij het imperium proconsulare, een priesterschap en
verloofde hij zich met Iulia, dochter van
Tiberius' zoon Drusus, wat het uitzicht op opneming
in de keizerlijke familie voor hem opende. De tribunica
potestas en daarmee het medekeizerschap
ontving hij echter niet. Tiberius immers, gewaarschuwd
door Antonia, de weduwe van zijn
broer Drusus, stelde in een schrijven aan de senaat
deze op de hoogte van Seianus' samenzwering. Het
bevel over de garde werd aan Naevius Sertorius
Macro overgedragen, Seianus voor de senaat geleid en
afgezet en samen met zijn kinderen van Apicata ter
dood gebracht (18 oktober 31).
Lit. Von Rohden (PRE 1, 529-531). - M. Friendenthal, Seian. Eine Studie zur Regierung des Tiberius (Diss. Heidelberg 1957). A. Boddington, Sejanus, whose Conspiracy? (American Journal of Philology 84, 1963, 1-16). B. Jonson, Sejanus (New Haven/London 1965). Id., Sejanus. His Fall (London 1966). E. Meissner, Sejan, Tiberius und die Nachfolge im Prinzipat (Diss. Erlangen 1968). H. W. Bird, L. Aelius S. and his Political Influence (Latomus 28, 1969, 61-98). E. Arnold, Zum Bild des Verschwörers. Catilina und Seian, ihre Darstellung bei Sallust und Tacitus (Diss. Freiburg 1972). D. Hennig, L. Aelius S. Untersuchungen zur Regierung des Tiberius (München 1975). [A. J. Janssen]