Praefectus

Praefectus, 'hoofd, directeur(-generaal), commandant' kon bij de Romeinen ieder genoemd worden die belast was met de leiding van een groep of instelling. De slaaf die toezicht uitoefende op zijn medeslaven, werd praefectus genoemd, het leger kende vele praefecti (praefectus castrorum, praefectus cohortis, praefectus orae maritimae enz.). Onder de republiek werden ook gevolmachtigden van magistraten als praefectus aangeduid. De keizertijd kende in het bijzonder hooggeplaatste keizeriijke functionarissen, die door de keizer vooral uit de ridderstand werden genomen, onder de titel van praefectus.


Lit. W. Ensslin (PRE 22, 1257-1347). E. Sachers (PRE 22, 2347-2353). - A. von Domaszewski, Die Rangordnung des römischen Heeresz (Bonner Jahrbücher, Beiheft 14, Köln 1967).


(1) Praefectus Aegypti heette de keizerlijke stadhouder van Egypte. Gaius Cornelius Gallus was de eerste die dit ambt bekleedde, dat in het leven geroepen werd toen het land in 30 vC als keizerlijke provincie bij het romeinse rijk werd ingelijfd. De praefectus Aegypti had het bevel over alle in het land gelegerde troepen en voerde het burgerlijk bestuur, waarvan het toezicht op de belastingen een zeer voornaam onderdeel was.

Lit. O. W. Reinmuth (PRE 22, 2353-2377; Suppl. 8, 1956, 525-539). - A. Stein, Die Prafekten von Ägypten in römischer Zeit (Bern 1950).


(2) Praefectus annonae, directeur-generaal van de voedselvoorziening. De hongersnood van 6 en 7 nC deed Augustus besluiten een praefectus annonae aan te stellen voor het geheel van de voedselvoorziening. Ook dit ambt, een van de hoogste van de ridderlijke loopbaan en uitgerust met een door de keizer gedelegeerde rechtsmacht, was extra ordinem. Het bleef bestaan tot in de 6e eeuw. Het was de taak van de praefectus annonae toe te zien op transport, hoeveelheid en kwaliteit van de levensmiddelen, hun opslag en distributie. Daartoe beschikte hij in de provincies, in havens als Ostia en te Rome zelf over een uitgebreide staf van personeel.


Lit. W. Ensslin (PRE 22, 1262-1278). - D. van Berchem, Les distributions de blé et d'argent à la plèbe romaine sous l'Empire (Genève 1939).


(3) Praefectus classis, haven- en vlootcommandant. Deze functie was reeds tijdens de republiek bekend. Onder het principaat wordt de praefectus classis een keizerlijk functionaris. De voornaamste commandanten waren die van de te Misenum en Ravenna gestationeerde smaldelen, de praefectus classis praetoriae Misenatium en Ravennatium. Ook de provincies hadden hun praefecti classis (praefectus classis Alexandrinae enz.). Nadat aanvankelijk ook vrijgelatenen in deze functie waren benoemd, werd zij later uitsluitend voor equites gereserveerd. Een belangrijke daaraan verbonden taak was het toezicht op de haveninstallaties.


Lit. W. Ensslin (PRE 22, 1294-1301). - E. Sander, Zur Rangordnung des römischen Heeres: Die Flotten (Historia 6, 1957, 347-367). Ch. G. Starr, The Roman Imperial Navy 31 B.C. - A.D. 324 (Cambridge 1960).


(4) Praefectus praetorio, de commandant van de keizerlijke garde. In 2 vC benoemde Augustus twee equites tot bevelhebbers van de negen cohortes praetoriae met de titel praefectus praetorio. De functie bleef steeds een collegiale. Als adjudant van de keizer en lid van het concilium principis (raad van de keizer) hadden zij grote invloed op de keizerlijke beslissingen. Niet steeds was deze een gunstige (Seianus). Vaak speelden de praefecti praetorio een beslissende rol bij de opvolging. Te velde begeleidden zij de keizer; dikwijls bepaalden zij dan de operaties.

Sedert de Severi kregen de praefecti praetorio ook burgerlijke taken en verregaande rechterlijke bevoegdheden. Deze waren in Italië verdeeld tussen de praefectus urbi, wiens rechtsmacht zich tot 100 mijl buiten Rome uitstrekte, en de praefectus praetorio. Zo is het duidelijk, waarom niet slechts militairen, maar ook rechtsgeleerden als Papinianus en Ulpianus tot het ambt van praefectus praetorio geroepen werden. Onder Domitianus nam hun invloed ook op financieel gebied toe. Constantijn droeg evenwel hun militaire bevoegdheden over aan een magister militum. Als hoogste beambten stonden de praefecti praetario voortaan aan het hoofd van de vier rijksdelen Gallia, Italia, Illyricum en Oriens. Ook bezaten zij nu senatoriale rang. Later aan hen toegekende titels waren die van vir illustris en patricius.


Lit. W. Ensslin (PRE 22, 2391-2502). - J. R. Palanque, Essai sur la préfecture du prétoire du Bas-Empire (Paris 1933). L. L. Howe, The Praetorian Prefect from Commodus to Diocletian (Chicago 1942). E. Stein, Untersuchungen über das Officium der Pratorianerprafektur seit Dioktetiana (Amsterdam 1962).


(5) Praefectus urbi, stadscommandant van Rome. De stadsprefectuur is een zeer oud ambt. Oorspronkelijk verving de praefectus urbi de koning en de consuls als zij afwezig waren uit de stad. De instelling van de praetuur (367 vC) maakte de functie echter overbodig. Slechts in de praefectus urbi feriarum Latinarum bleef zij bewaard, totdat Caesar in verband met zijn noodzakelijke aanwezigheid in Spanje (46 vC) de zorg voor de stad opnieuw aan een praefectus toevertrouwde. Nog onder Augustus werd zij weer een permanente functie, die groot aanzien won en tot in de 6e eeuw bleef voortbestaan.

De praefectus urbi werd genomen uit de senatoren van consulaire rang. Hij had drie tot zes cohortes urbanae onder zijn bevel en was verantwoordelijk voor de rust en orde in de stad. Behalve het politiewezen vielen ook civiele en strafrechtelijke zaken onder zijn competentie. Zijn jurisdictie strekte zich in de 3e eeuw uit tot 100 mijl buiten Rome. In die tijd zat hij ook de quaestiones voor. Onder Constantius II kreeg de oostelijke hoofdstad Constantinopel eveneens een praefectus urbi.


Lit. E. Sachers (PRE 22, 2502-2534). - A. Chastagnol, La préfecture urbaine à Rome sous le Bas-Empire (Paris 1960). [A. J. Janssen]


Register