![]() |
Odysseus geeft de wapenrusting van Achilles aan diens zoon, Neoptolemus |
In Sophocles' Philoctetes staat hij Odysseus bij in het overreden van Philoctetes, die ziek op Lemnus verbleef. Bij de verovering van Troje behoorde hij tot degenen die in het houten paard de stad binnendrongen; vervolgens doodde hij koning Priamus, wierp Hectors zoontje Astyanax van de stadsmuren en offerde Priamus' dochter Polyxena op het graf van Achilles. Uit de krijgsbuit ontving N. Helenus en Hectors gemalin Andromache. Op de terugreis naar Griekenland in Epirus bij de Molossiërs beland, gaf hij dezen Molossus, de zoon die Andromache hem geschonken had, tot koning en werd aldus de stamvader van het koningshuis der Pyrrhiaden. Later keerde hij terug naar zijn vaderland Phthia en huwde Menelaüs' dochter Hermione, die echter ook aan Orestes beloofd was. Hierover vertoornd, zou Orestes volgens sommige versies van de sage N. bij een bezoek aan Delphi gedood hebben.
Taferelen uit het leven van N. waren een geliefd thema van de vaatwerkschilders: op een hydria van de schilder van Cleophrades in het Museo Nazionale van Napels doodt N. Priamus, die met het bebloede lijk van Astyanax op een altaar zit; een schaal van Brygus in het Louvre (G 152) geeft een soortgelijke scène weer.
Lit. P. Weizsäcker (Roscher 3, 167-176). K. Ziegler
(PRE 16, 2240-2462). L. Rocchetti (EAA 5, 417-419). [Nuchelmans]