Ptolemaeus

Ptolemaeus (Πτολεμαῖος), naam van vijftien koningen en prinsen die na 305 vC over Egypte geheerst hebben of aanspraak maakten op de troon.

munt (1) Ptolemaeus I Σωτήρ (Sooter = redder), zoon van Lagus en Arsinoë, generaal van Alexander de Grote, werd na diens dood, in 323 vC, satraap van Egypte, terwijl de halfbroer van Alexander, Philippus III Arridaeus (in 317 vermoord), en Alexander IV, de postume zoon van Alexander de Grote en Roxane, officieel als diens opvolgers erkend werden. Alexander IV werd, 13 jaar oud, vermoord in 310/309. In 305 nam Ptolemaeus I de koningstitel aan; de bijnaam Soter werd hem in 304 door de Rhodiërs toegekend. In de jaren die hieraan voorafgingen en hierop volgden was hij, nu eens met de ene, dan met de andere van de diadochen, al naar gelang van de bondgenootschappen, in een voortdurende strijd gewikkeld, voornamelijk om het bezit van Coelesyrië. Ook in Cyrenaica en op Cyprus, die hij veroverd had, moest hij herhaaldelijk met zijn leger tussenbeide komen. Ptolemaeus huwde eerst met Artakama, dochter van Artabazus, daarna met Eurydice, de dochter van Antipater, en in 316 vC met zijn bijzit, de hofdame Berenice. Deze bracht hem er toe Ptolemaeus, een van de vier kinderen die zij hem schonk, tot zijn opvolger te benoemen ten koste van Ptolemaeus Ceraunus, die uit het huwelijk met Eurydice gesproten was. Ondanks de vele krijgsverrichtingen wist Ptolemaeus het land stevig te organiseren, hij reorganiseerde de Sarapis-cultus en stichtte de polis Ptolemais. Hij deed afstand van de troon in 285 en stierf in 283 vC.

Ptolemaeus was de auteur van een geschiedwerk over Alexander de Grote, dat een van de hoofdbronnen voor Arrianus' Anabasis was.


Llt. H. Volkmann (PRE 23, 1603-1645). G. Wirth (PRE 23, 2467-2484). - J. Seibert, Untersuchungen zur Geschichte Ptolemaios I (MB 56, München 1969). Ptolemaeën.



munt (2) Ptolemaeus II Φιλάδελφος (Philadelphus), zoon van Ptolemaeus en van Berenice, volgde zijn vader in 285 op en regeerde tot 246 vC. Hij huwde ca. 281 vC Arsinoë I, de dochter van koning Lysimachus van Thracië, en na deze in 279 verstoten te hebben, zijn eigen zuster Arsinoë II, weduwe van dezelfde Lysimachus en voormalige echtgenote van haar halfbroer Ptolemaeus Ceraunus; dit was de oorsprong van zijn bijnaam Philadelphus.

De uitbreiding van de egyptische invloed, ca. 280 vC, op de kuststeden van Klein-Azië en de opstand van zijn halfbroer Magas van Cyrene brachten Ptolemaeus in conflict met de Seleuciden en weldra brak de eerste syrische oorlog met Antiochus I uit (274-271), waarover weinig inlichtingen voorhanden zijn. Tijdens de chremonideïsche oorlog (267-261) steunde Ptolemaeus Athene en Sparta tegen Macedonië, maar zij werden door Antigonus Gonatas verslagen; Chremonides vluchtte met zijn broer naar Egypte en stelde er zijn militaire bevoegdheid ten dienste van Ptolemaeus Volgens sommigen had tijdens deze oorlog (in 262?) de zeeslag van Cos plaats, waarin Gonatas eveneens overwinnaar was. Een ander fel betwist punt is de identiteit van de Ptolemaeus, mederegent van Ptolemaeus II sinds 267, die meester was te Ephese en Milete en, tegen zijn vader in opstand gekomen, door zijn huurlingen, vermoedelijk in 259, vermoord werd. Ca. 260 brak de tweede syrische oorlog uit tussen Ptolemaeus II en Antiochus II, waarbij de meeste bezittingen in Klein-Azië ten gunste van de Seleucide verloren gingen. Het vredesverdrag dat in 253 (of 255?) gesloten werd voorzag in het huwelijk van Berenice, dochter van Ptolemaeus II, met Antiochus II, die zijn echtgenote Laodice verstootte en met haar twee zonen naar Klein-Azië (Ephese) verbande. Een compensatie vond Ptolemaeus II in Cyrenaica: Magas verzoende zich met hem en het huwelijk dat na 250, het jaar van zijn dood, tussen Magas' dochter Berenice II en de toekomstige Ptolemaeus III gesloten werd, verzekerde de terugkeer van deze streek aan Egypte.

Op het binnenlands vlak voerde Ptolemaeus II, met de hulp van zijn διοικητής Apollonius, een politiek van economische autarkie: uitbreiding van de akkergrond door de vestiging van griekse soldaten-kolonisten in het Faijûm, strenge regeling van de landbouwproductie en van de distributie ervan, en oprichting of reorganisatie van staatsmonopolies. Het overschot aan graan, papyrus en weefsels, dat door de alexandrijnse handel werd uitgevoerd, moest hem zilver bezorgen voor het betalen van de vreemde huurlingen, ijzer voor hun wapens en hout voor het bouwen van een vloot. Er bestaat verschil van mening over de vraag of zijn buitenlandse politiek diende om aan deze handel de nodige afzetgebieden te verzekeren en zich zekere grondstoffen goedkoper te verschaffen, dan wel of dit economisch beleid de basis vormde van een buitenlandse politiek die de hegemonie over de hellenistische wereld beoogde. Ptolemaeus bevorderde kunsten en wetenschappen en bezorgde zijn land op cultureel gebied een leidende plaats door de stichting van het Museum en de bibliotheek te Alexandrië, waar hij de voornaamste beoefenaars van letterkunde en wetenschap samenbracht. Met de door Ptolemaeus I ingestelde Alexander-cultus associeerde hij eerst zijn echtgenote Arsinoë II, daarna ook zichzelf, en te Ptolemais stichtte hij een cultus voor Ptolemaeus I, met eponieme priester. Zo werd de cultus van de dynastie in feite door hem ingezet. De instelling in 279/278 vC van de Ptolemaea ter ere van zijn vader had een religieuze betekenis maar ook een sterke politieke inslag: deze feesten, die om de vier jaar gevierd werden, richtten zich tot alle Grieken en maakten Alexandrië tijdelijk tot een middelpunt van de gehele helleense wereld.


Lit. H. Volkmann (PRE 23, 1645-1666). Zie ook Ptolemaeën.



Stamboom

munt (3) Ptolemaeus III Εὐεργέτης (Euergetes = weldoener), zoon van Ptolemaeus en van Arsinoë I, regeerde van 246 tot ca. 221 vC. Hij huwde Berenice II, dochter van Magas van Cyrene. Nauwelijks op de troon, raakte Ptolemaeus in de derde syrische oorlog, de z.g. laodiceïsche oorlog, verwikkeld. Bij de dood van Antiochus II van Syrië, in 246 vC, ontstond er onmiddellijk een conflict tussen diens weduwe Berenice, dochter van Ptolemaeus II en Arsinoë I, en diens voormalige echtgenote Laodice, die te Ephese verbleef. Door zijn zuster te hulp geroepen, ondernam Ptolemaeus III een veldtocht naar Syrië, maar hij vond er Berenice en haar zoon vermoord. Hij trok toen met zijn leger naar het oosten en drong, over de Eufraat, Mesopotamië binnen (een belangrijk bericht over deze tocht, doch met vele overdrijvingen, is bewaard in de inscriptie van Adulis, ed. OGIS 54). Intussen was echter vanaf eind 246 de zoon van Laodice, Seleucus II Callinicus, met het tegenoffensief begonnen.

Omdat hij zich niet sterk genoeg voelde, of omdat onlusten of hofintriges zijn aanwezigheid in eigen land vereisten, keerde Ptolemaeus III naar Egypte terug. Seleucus heroverde zonder veel moeite het rijk van zijn vader. Bij de vrede die Euergetes in 241 vC met hem sloot, behield de Lagide toch enkele belangrijke aanwinsten: Seleucia in Pieria, de haven van Antiochië, en kustgebieden in West-Cilicië (Tracheotis), Pamphylië en Ionië.

Onder de regering van Ptolemaeus III deden zich voor het eerst economische moeilijkheden voor: prijsstijging en muntontwaarding, op een bepaald ogenblik ook een dreiging van hongersnood, die de invoer van graan noodzakelijk maakte (vermeld in het decreet van Canopus). Het is niet zeker dat dit reeds aanleiding gaf tot misnoegen of onlusten onder de inheemse bevolting, doch de vorst zag zich in elk geval genoodzaakt het machtigste deel ervan, de egyptische clerus, gunstig te stemmen door allerlei maatregelen, waarvan het decreet van Canopus, door een priestersynode in 237 vC uitgevaardigd, getuigenis aflegt; in dit licht dient waarschijnlijk ook gezien te worden de bouw van de machtige Horustempel van Edfu, waarmee onder Ptolemaeus III begonnen werd. Vermelding verdient - als een staaltje van de in die tijd levendige wetenschappelijke belangstelling - dat genoemd decreet, door het invoeren van een schrikkeljaar, poogde een kalenderhervorming te verwezenlijken die eerst dank zij Julius Caesar werkelijkheid werd.


Lit. H. Volkmann (PRE 23, 1667-1678). Ptolemaeën.



Stamboom

munt (4) Ptolemaeus IV Φιλοπάτωρ (Philopator = vader liefhebbend), zoon van vorige Ptolemaeus, regeerde van ca. einde 221 tot 205 vC. Hij was niet veel ouder dan 17 jaar toen hij de troon besteeg en dit maakte het zijn twee raadslieden Sosibius en Agathocles mogelijk de feitelijke uitoefening van de macht aan zich te trekken. Zij lieten, met zijn instemming, verschillende personen van de koninklijke familie die hun plannen in de weg stonden ter dood brengen, o.a. de eigen moeder van Ptolemaeus, Berenice II. Ook Cleomenes III, de koning van Sparta, die na Sellasia naar Egypte was gevlucht, werd hun slachtoffer. Antiochus III oordeelde het ogenblik gunstig en ontketende de vierde syrische oorlog. Hij veroverde in 218 Seleucia in Pieria en rukte met zijn troepen naar het zuiden op. Ptolemaeus Sosibius en Agathocles zetten het gebied rond Pelusium onder water en sloten met Antiochus een wapenstilstand van vier maanden (229/218) voor het voeren van onderhandelingen. Intussen verzamelden zij hun troepen en vulden ze aan met huurlingen, voornamelijk 20.000 Egyptenaren, die zij als hoplieten uitrustten en in het grootste geheim trainden. Toen bij het einde van de wapenstilstand de onderhandelingen afsprongen, hernam Antiochus zijn aanvallen tegen de versterkte steden van Coelesyrië. Ptolemaeus trok hem met zijn leger tegemoet en bracht hem een verpletterende nederlaag toe in de slag bij Raphia, aan de zuidgrens van Palestina, op 23 juni 217. Hij veroverde daarna zonder moeite Coelesyrië en werd overal door de bevolking met vreugde begroet. Bij de vrede die Ptolemaeus met Antiochus sloot, zag hij af van het gebied waarin hij verder noordwaarts doorgedrongen was, alsook van Seleucia in Pieria.

In 217 vC huwde Ptolemaeus IV zijn zuster, Arsinoë III. Dit jaar luidde ook de aanvang in van allerlei opstanden. Kleine groepen van verarmde mensen overvielen in de dorpen de politieposten, de huizen van de ambtenaren, soms zelfs egyptische tempels. Roversbenden maakten het platteland en de woestijnwegen onveilig. In Opper-Egypte had de rebellie een meer nationaal karakter en vanaf 206 vC werd het gebied rond en bezuiden Thebe voor een 20-tal jaren onafhankelijk, onder het bestuur van twee nubische farao's, eerst Harmachis (205) en, na 199, Anchmachis. Dit alles was te wijten aan de economische crisis met haar verhoogde belastingdruk; ook waren de Egyptenaren zelfbewust geworden door de bijdrage die zij op militair gebied geleverd hadden. Ptolemaeus streefde er naar tenminste de egyptische clerus voor zich te winnen, zoals blijkt uit de verschillende details van een decreet van de priestersynode die in 217 te Memphis gehouden werd om de overwinning van Raphia te vieren, en waarvan de voornaamste getuige te Pithom gevonden is (lit. bij F. Daumas, Les moyens d'expression du grec et de l'égyptien, Annales du Service des Antiquités d'Egypte, Suppl. 16, Le Caire 1952, 254-257).

De binnenlandse moeilijkheden beletten Egypte in de europese aangelegenheden, o.a. in de punische oorlog, tussenbeide te komen. Ptolemaeus liet overigens het politieke beleid over aan zijn twee raadslieden en gaf zich over aan een leven van weelde en plezier. Hij verwijderde zijn zuster-gemalin Arsinoë III van het hof en verving haar door Agathoclea, de zuster van Agathocles.


Lit. H. Volkmann (PRE 23, 1691-1702). Zie ook Ptolemaeën.



Stamboom

munt (5) Ptolemaeus V Ἐπιφάνης (Epiphanes = verschijnend), zoon van vorige Ptolemaeus, werd in 209/ 208 vC, kort na zijn geboorte, tot mederegent uitgeroepen. Hij regeerde zelfstandig, volgens de egyptische bronnen vanaf 204, volgens Polybius vanaf 203 vC tot aan zijn dood in 180 vC. De dood van zijn vader werd eerst geheim gehouden door Sosibius en Agathocles. Om te verhinderen dat het regentschap waargenomen zou worden door de koningin-moeder lieten zij Arsinoë III vermoorden. Sosibius stierf kort daarop en Agathocles werd gedood tijdens onlusten die tegen hem gericht waren en waarvan de strateeg Tlepolemus de aanstichter was. Deze laatste nam toen het regentschap waar. Na een verdrag gesloten te hebben met Philippus V van Macedonië viel Antiochus III Coelesyrië binnen (in 202?) en zijn overwinning te Panion in 200 op de Aetoliër Scopas, de veldheer van de Lagide, bracht deze streek in zijn macht (vijfde syrische oorlog). Ca. 197 vC veroverde Antiochus' vloot de ptolemaeïsche steden aan de zuidkust van Klein-Azië en in 196 deed hij een vergeefse aanval op Cyprus. De poging van Rome om in 195 door middel van de gezant L. Cornelius Lentulus, Antiochus en Ptolemaeus te verzoenen mislukte, maar Antiochus sloot nog in datzelfde jaar, op eigen initiatief, een vredesverdrag met Ptolemaeus, waarbij ook tot een huwelijk van deze laatste met Antiochus' dochter Cleopatra (I) besloten werd (in 194/193 voltrokken).

In 197 vC was Ptolemaeus V, veertien jaar oud, te Memphis naar egyptisch gebruik tot koning gekroond. Allerlei gunsten, zoals amnestie voor rebellen, kwijtschelding van achterstallige belastingen, vermindering van de fiscale verplichtingen van de clerus en schenkingen van geld aan goden en tempels, worden vermeld in het decreet van de priestersynode van 196, dat op de beroemde steen van Rosette bewaard is. Eerst in 186 vC werd het leger van Anchmachis verslagen en werd de Thebais opnieuw verenigd met Beneden-Egypte, dat inmiddels ook tot rust en vrede was gekomen. Toen kon eveneens de bouw van de tempel van Edfu, die in 206 onderbroken was, voortgezet worden.


Lit. H. Volkmann (PRE 23, 1691-1702). Zie ook Ptolemaeën.



Stamboom


munt(6) Ptolemaeus VI, zoon van Ptolemaeus (vorige), volgde als kind zijn vader op in 180 vC. Eerst regeerde zijn moeder, Cleopatra I, in zijn plaats, daarna samen met hem tot aan haar dood, in 176. Hij nam toen de cultusnaam Philometor aan, maar daar hij nog steeds minderjarig was, kwam de regering in handen van Lenaeus, een syrische slaaf, en van de eunuch Eulaeus. Ptolemaeus huwde in 175 zijn zuster Cleopatra II. In 170 brak de zesde syrische oorlog uit ten gevolge van de oorlogsverklaring van Egypte aan Antiochus IV Epiphanes. Beiden zonden gezantschappen naar Rome, dat echter neutraal bleef. Ptolemaeus VI regeerde nu samen met Cleopatra II en met zijn jongere broer Ptolemaeus Physcon (de latere Ptolemaeus VIII Euergetes II). Antiochus veroverde in 169 Pelusium, Eulaeus en Lenaeus werden vervangen door Comanus en Cineas en, terwijl er vredesonderhandelingen aangeknoopt werden, drong de Seleucide steeds verder door in de richting van Alexandrië. De bepalingen van het verdrag dat tussen Antiochus IV en Ptolemaeus VI gesloten werd zijn onbekend. Het is evenmin zeker dat Antiochus zich in 169, en niet het jaar daarop, te Memphis tot koning van Egypte liet kronen. De Alexandrijnen kwamen in opstand en riepen Ptolemaeus VIII tot koning uit. Antiochus sloeg het beleg voor de stad onder het voorwendsel dat hij Ptolemaeus VI in zijn rechten wilde herstellen, maar hij moest onverrichterzake naar zijn land terugkeren. Ptolemaeus VI verzoende zich in 168 met Ptolemaeus VIII en met zijn zuster-gemalin, en het drieledige koningschap werd hersteld. Hun gezantschap dat hulp ging vragen aan de achaeïsche bond bleef zonder resultaat. In het begin van datzelfde jaar hervatte Antiochus IV de oorlog. Zijn vloot veroverde Cyprus en hij zelf drong met zijn leger tot in Memphis door (liet hij zich toen tot koning kronen?). Vandaar rukte hij op naar Alexandrië, maar in de voorstad Eleusis kwam de romeinse gezant Popilius Laenas in naam van de senaat eisen dat hij Egypte en Cyprus zou ontruimen. Antiochus was verplicht hieraan gevolg te geven.

Toen in 164 opnieuw een breuk ontstaan was tussen beide broers, werd, na tussenkomst van de Alexandrijnen, een overeenkomst gesloten dat voortaan Ptolemaeus VI alleen zou heersen over Egypte en Cyprus, en dat Ptolemaeus VIII het bestuur zou voeren over Cyrenaica. Ontevreden over deze schikking, trachtte Ptolemaeus VIII, zij het tevergeefs, door de tussenkomst van Rome te verkrijgen dat Cyprus aan hem toegekend zou worden. Nadat Ptolemaeus VI gepoogd had hem te laten vermoorden (156/155), besliste Ptolemaeus VIII bij testament dat zijn libisch koninkrijk aan Rome zou komen indien hij kinderloos stierf. De senaat schonk hem toen vijf schepen en liet toe dat zijn griekse en aziatische bondgenoten hem zouden helpen; hij landde op Cyprus, maar werd er gevangen genomen. Uit vrees voor Rome toonde Ptolemaeus VI zich genadig tegenover hem: hij liet hem naar Cyrene terugkeren. Doch hij stuurde zijn zoon Ptolemaeus Eupator, met de titel van koning, als gouverneur naar Cyprus (152). Na de dood van deze laatste, in 150, werd Cyprus met het rijk herenigd.

Ptolemaeus VI wendde toen zijn blik naar Syrië. Hier had Attalus II van Pergamum een avonturier, Balas genaamd, als kroonpretendent naar voren geschoven tegen koning Demetrius I Soter. Met de instemming van Rome en met de steun van Ptolemaeus VI en van de Makkabeeër Jonathan viel Balas in 150 vC vanuit Cilicië Syrië binnen, versloeg Demetrius, die sneuvelde, en werd koning als Alexander I Balas. Ptolemaeus VI schonk hem de hand van zijn dochter Cleopatra Thea. Wegens zijn onbekwaamheid ontmoette Balas allerwegen kritiek; toen Demetrius II Nicator, de jeugdige zoon van Demetrius I, in 147 met een leger van kretenzische huurlingen Syrië binnenrukte, werd hij door de bevolking geestdriftig onthaald. Ptolemaeus VI, die ontsnapte aan een aanslag die Balas tegen hem beraamd had, sloot een bondgenootschap met Demetrius II Nicator en huwde aan hem Cleopatra Thea uit. In de hoofdstad aangekomen, werd hij door de Antiochiërs tot koning uitgeroepen; hij weigerde evenwel de kroon ten gunste van zijn schoonzoon Demetrius. Beiden versloegen Balas, die een nieuw leger verzameld had, nabij Antiochië, doch Ptolemaeus VI werd in de slag gewond en stierf na enkele dagen (145 vC).


Lit. H. Volkmann (PRE 23, 1702-1719). Ptolemaeën.



Stamboom

(7) Ptolemaeus VII Neos Philopator, de zoon van Ptolemaeus en Cleopatra II, werd door zijn vader met de regering belast tijdens diens afwezigheid in de zomer van 145 vC. Hij was nog een kind en na de dood van Ptolemaeus VI nam zijn moeder het regentschap waar, doch op de dag van haar huwelijk met haar jongere broer Ptolemaeus VIII liet deze zijn neef vermoorden.


Lit. H. Volkmann (PRE 23, 1720v).


ptolemaeus 8
Ptotemaeus VIII wordt gekroond door
Nechbet en Wadjet. Edfu Horustempel
(8) Ptolemaeus VIII, bijgenaamd Physcon,'de dikzak', is ons reeds bekend door wat onder (6) over hem gezegd is. Het regentschap van Cleopatra II na de dood van Ptolemaeus VI lokte onmiddellijk verzet uit van de Alexandrijnen. Ptolemaeus VIII kwam uit Cyrene naar Alexandrië en huwde Cleopatra II, zijn zuster en schoonzuster (144 vC). Haar zoon, Ptolemaeus VII, die zijn mederegent zou zijn, liet hij onverwijld ter dood brengen. Hij regeerde nu samen met zijn vrouw (143/142) en nam de cultusnaam Euergetes II aan; voordien was deze naam Philometor, zoals die van zijn broer en zuster. Uit dit huwelijk sproot een zoon, Ptolemaeus Memphites (144/143). In 142 vC nam hij tot vrouw Cleopatra III, die de dochter van Cleopatra II en bijgevolg tegelijk zijn stiefdochter en nicht was. Cleopatra II bleef een tijdlang op de achtergrond, doch in 140/139 kwam, bij gelegenheid (of ten gevolge?) van het gezantschap van Scipio Aemilianus, een verzoening tot stand en van 138/137 tot 132/131 regeerden Ptolemaeus VIII en de twee koninginnen samen als de Θεοὶ Εὐεργέται.

In laatstgenoemd jaar brak een oproer uit, dat vermoedelijk door Cleopatra II aangesticht was, en Ptolemaeus VIII vluchtte met Cleopatra III naar Cyprus. Cleopatra II liet nu haar zoon Ptolemaeus Memphites bij acclamatie tot koning kiezen, maar Ptolemaeus VIII liet de jongen uit Cyrene ontvoeren en naar Cyprus brengen. Cleopatra II besloot toen alleen te heersen met als cultusnaam Philometor Soteira. Omstreeks diezelfde tijd nam Ptolemaeus VIII de cultusnaam Tryphon aan. Om zich te wreken liet hij zijn en haar zoon, Memphites, doden en stuurde het gruwelijk verminkte lijk aan de moeder. Hijzelf landde in 131/130 weer in Egypte en vond er steun bij de inheemse bevolking, terwijl de Alexandrijnen, en vermoedelijk ook de meeste andere Grieken, zich aan de zijde van Cleopatra II schaarden. Hieruit ontstond een burgeroorlog, waarin geheel Egypte meegesleept werd. In 129 vC deed Cleopatra II, die in Alexandrië ingesloten was, een beroep op haar schoonzoon Demetrius II Nicator van Syrië, die, na tien jaar gevangenschap bij de Parthen, pas zijn troon heroverd had, en zij bood hem de kroon van Egypte aan. De aanval van Demetrius mislukte en Cleopatra vluchtte met de kroonschat naar Syrië. Alexandrië bood nog een jaar lang weerstand aan Ptolemaeus VIII. Toen hij de stad ingenomen had (in 127 of 126), nam hij wraak door het afschaffen van de gymnasiën, de religieuze en andere griekse verenigingen.

Geheel onverwacht verzoende Cleopatra II zich in 124 vC opnieuw met haar broer-gemaal: het drieledige koningschap werd hersteld, mederegenten werden twee van de vijf kinderen die Cleopatra III van Ptolemaeus VIII had, de latere Ptolemaeus IX en Ptolemaeus X. De tweede dochter, Cleopatra Tryphaena, werd uitgehuwelijkt aan de nieuwe koning van Syrië, Antiochus VIII Grypus, zoon van Demetrius II Nicator en van Cleopatra Thea. Om de vete tussen Grieken en Egyptenaren, een nasleep van de troonstrijd, te beslechten vaardigde Ptolemaeus in 118 een amnestiedecreet uit. Ptolemaeus VIII stierf in 117/116. Toen Cleopatra II op haar beurt overleed (116), werd haar naam Philometor Soteira door Cleopatra III aangenomen; zij zelf werd getroffen door damnatio memoriae.


Lit. H. Volkmann (PRE 23, 1721-1736). Ptolemaeën.



Stamboom

(9) Ptolemaeus IX Philometor Soter II Lathyros Physkon, oudste zoon van Ptolemaeus VIII en Cleopatra III, geboren in 143/42, priester van Alexander in 135/34 en 116-107 en gouverneur van Cyprus, regeerde met zijn moeder in Egypte gedurende 116-107. Hij verstootte Cleopatra IV en trouwde met Cleopatra Selene. Toen hij moest vluchten voor zijn moeder, was hij in 106-88 koning in Cyprus. Hij hielp in 103 Antiochus IX tegen Antiochus VIII, Cleopatra III en Ptolemaeus X. Daarna verhief hij in Damascus Demetrius III tot koning. Toen hij in 88 naar Alexandrië was teruggekeerd, (Ptolemaeus X was verjaagd!), regeerde Ptolemaeus in Egypte en Cyprus, beval de damnatio memoriae van zijn broer Ptolemaeus X en wees in 87 de hulp van Lucullus (5) tegen Mithradates (5) af. Hij stierf in 80.


(10) Ptolemaeus X Alexander I, zoon van Ptolemaeus VIII en Cleopatra III, strateeg op Cyprus in 114/13 en daarna koning in 110-107, was mederegent van zijn moeder in Egypte in 107-101 en priester van Alexander van 107 tot 105. Hij streed in Syrië tegen Ptolemaeus IX, zette in 101 zijn moeder aan de kant en trouwde als koning met Cleopatra Berenice. Nadat hij door de Alexandrijnen in 88 was verjaagd, stierf Ptolemaeus in een zeeslag bij Cyprus.


(11) Ptolemaeus XI Alexandros II, zoon van Ptolemaeus X, rond 105 geboren, werd vanwege gevechten om de macht door Cleopatra III in 103 naar Kos gebracht, in 88 door Mithradates naar Pontus ontvoerd, maar vluchtte in 84 naar Sulla en naar Rome. Na de dood van Ptolemaeus IX werd hij 80 mederegent en echtgenoot van zijn stiefmoeder Cleopatra Berenice III, die hij na 19 dagen liet vermoorden; daarna werd hij door de Alexandrijnen gedood. Ptolemaeus vermaakte bij testament Egypte en Cyprus aan Rome.


(12) Ptolemaeus XII Theos Philopator Philadelphos Neos Dionysos Auletes ('fluitspeler', bevorderaar van de Dionysuscultus), zoon van Ptolemaeus IX, werd rond 111/08 (?) geboren; hij werd door de Alexandrijnen in 80 alleen tot koning van Egypte gekozen. Hij trouwde in 69/68 met Cleopatra V. Hij werd pas in 59 als koning en 'socius atque amicus populi Romani' door omkoping van Caesar en Pompeius erkend, maar hij moest voor de Alexandrijnen naar Rome vluchten. Pompeius en Crassus deden hun best om hem terug te brengen. In 55 bracht A. Gabinius Ptolemaeus naar Egypte. Ptolemaeus zette zijn dochter Berenice, die intussen geregeerd had, aan de kant en eiste via C. Rabirius Postumus als Dioiketes de hoge steekpenningen. Zijn testament dat in Rome en Alexandrië gedeponeerd was, legde vast dat Ptolemaeus XIII en Cleopatra hem samen opvolgden.


(13) Ptolemaeus XIII Philopator Philadelphos werd als oudste zoon van Ptolemaeus XII geboren in 61. Hij was vanaf 51 mederegent van zijn zus en vrouw Cleopatra (10), maar in 48 verdreef hij haar. Hij stond de moord op Pompeius toe. Toen hij door Caesar tot verzoening met Cleopatra gedwongen werd, streed hij tegen hem, maar verdronk in 47 in de Nijl.


(14) Ptolemaeus XIV Philopator werd als zoon van Ptolemaeus XII in 59 geboren. Van Caesar kreeg hij samen met Arsinoe in 48 Cyprus. Vanaf 47 was hij echtgenoot en mederegent van Cleopatra en vanaf 46 'socius et amicus populi Romani', maar werd in 44 door Cleopatra opzijgezet.



Stamboom

(15) Ptolemaeus XV Caesar Theos Philopator Philometor (Καισαριών), werd als zoon van Caesar en Cleopatra geboren in 47. Hij regeerde samen met haar in 44-30 en sinds 34 als 'Koning der Koningen', maar werd op bevel van Octavianus in 30 gedood.


Lit. H. Volkmann (PRE 23, 1738-1761). [Vergote]


(16) Ptolemaeus, koning van Mauretanië van 23 tot 40 nC, zoon van Iuba II en Cleopatra Selene, kleinzoon van Marcus Antonius. Omdat Ptolemaeus de Romeinen hulp geboden had in de oorlog tegen Tacfarinas van Numidië, beloonden dezen hem met de eretitel socius atque amicus populi Romani en met een scepter en koningsmantel. In 40 werd Ptolemaeus door zijn neef keizer Caligula naar Rome ontboden en omgebracht; de reden daarvoor was vermoedelijk dat Caligula het rijk van Ptolemaeus, op wiens rijkdom hij afgunstig was, wilde annexeren.


Lit. M. Hofmann (PRE 23, 1768-1787).


Lijst van Namen